Onze eerste stagedagen
Door: mirjamenwendy
Blijf op de hoogte en volg Mirjam & Wendy
20 Oktober 2010 | Malawi, Nkhoma
Hoi allemaal,
Hier weer een berichtje uit Nkhoma van ons. Allereerst bedankt voor alle reacties. Het is erg fijn om te weten dat er zo veel mensen meeleven met ons en aan ons denken. Het is erg leuk om die reacties te lezen.
Bente: Er zouden hier wel aapjes moeten zijn, maar we hebben ze nog niet gezien.
Wij willen ons adres wel geven, maar het is niet zeker of de post übberhaupt wel aankomt. Maar hier het adres: P.O. Box 48 Nkhoma
Zaterdag hebben we dus gelijk op het internet gekund in het kantoortje van Jan, want het internetcafé was gesloten. En het internet werkte!! Het is allicht langzamer dan in Nederland, maar toch viel het ons nog mee hoe snel het ging. Ook zondag hebben we nog heerlijk rustig aan gedaan. We hadden besloten om niet naar de kerk te gaan, omdat we al zo ontzettend veel hadden gezien en naar de kerk gaan is hier toch ook een hele belevenis, dus om onszelf een beetje te sparen hebben we lekker uitgeslapen (tot half 9, langer lukt hier gewoon niet) en voor onszelf stille tijd gehouden ’s ochtends. Ook hebben we een rondje om het guesthouse gelopen en wat foto’s gemaakt, die we zullen proberen bij dit verslag bij te voegen. Zondagavond kwamen Floor (de Nederlandse medische student) en Anthony (de Australische medische student) thuis. We hebben Floor natuurlijk helemaal uitgehoord over van alles en nog wat en zij wist ons gelukkig ook te vertellen dat we maandag maar gewoon mee moesten komen naar de moringreport en dan Mrs. Ngwanda (de matron=hoofd van alle verpleegkundige) opzoeken. Die was dus niet moeilijk te vinden, want zij draagt als enigste een aquablauw pakje. Na de morningreport zijn we snel achter haar aangelopen en hebben haar aan de mouw getrokken en ons voorgesteld. Nou we waren ‘most welcome’. Toen heeft ze ons meegenomen naar haar kantoortje en moesten we onze namen op een papiertje schrijven, want dan zou zij een brief schrijven voor de Nursing Counsel in Lilongwe waar we ons in moeten schrijven om ons te registeren. Nu hoorden we vandaag (dinsdag) dat we ook een brief van school daarvoor nodig hebben en die hebben we nog niet, dus die moeten we eerst zien te krijgen, anders heeft het geen nut om daar naar toe te gaan zei ze. Toen we uitgelegd hadden op welke afdelingen we wilden werken kwam er een arts die ons naar de afdelingen brachten. Wendy ging naar de surgical ward en Mirjam naar de medical ward. De medical ward bestaat nog uit een female en een male ward en uiteindelijk koos Mirjam voor de female ward om te beginnen. Vanaf dat moment waren we dus gescheiden. Hieronder zullen we ieder apart even beschrijven hoe wij het de eerste twee dagen op de afdelingen ervaren hebben.
Mirjam:
Goed ik kwam dus op de female ward terecht. De arts had mij bij de balie afgezet en toen moest ik het zelf maar uitzoeken. Ik heb me toen maar voorgesteld aan een paar verpleegkundigen die bij de balie stonden en dat bleken eerstejaars verpleegkunde studenten van de school van het Nkhoma hospital te zijn. Ze zijn (ben ik nu achter) te herkennen aan hun verpleegsterskapjes met een geel streepje er op. De mannen dragen geen kapjes, maar hebben een geel stukje stof op de schouders gespeld van hun uniform. Elk jaar heeft een eigen kleur. Dus me aan hen voorgesteld en toen gingen ze de kamers op, waar de artsen al de rounds aan het doen waren. De female ward heeft 3 kamers met 8 bedden, maar als er nog een patiënt bij moet wordt het matras gewoon op de vloer neergelegd. Op de dossiers van de patiënten staan hun bednummers en namen en op het dossier van degene die op de vloer ligt staat dan ook geen nummer, maar: “floorbed” vermeld. Toen we de kamers op gingen, gingen we medicijnen delen. De patiënten houden hun eigen zakjes met medicijnen zelf bij zich en wij als verpleegkundigen nemen de medicijnkaart van ze mee. We kijken wat ze nodig hebben, vragen naar hun ‘mancoire’ (dat is Chichewa voor medicijnen) en halen de benodigde hoeveelheid er voor ze uit. Dat geven we aan ze en vervolgens nemen ze het zelf in met wat water. Daarna tekenen wij het af dat het gegeven is en geven het zakje met medicijnen weer aan ze terug. Alleen de IV medicatie hebben de patiënten niet zelf bij zich en die nemen we dus mee, lossen het ter plekke op bij de patiënten en spuiten het dan in de venflon in. De meeste patiënten hebben namelijk wel een venflon, maar geen infuus verder. Dit is denk ik, omdat de IV vloeistof schaars is en als de patiënten gewoon kunnen drinken of niet heel erg uitgedroogd zijn, krijgen ze dus alleen een naaldje. Verder hebben we niet veel gedaan. Controles worden weinig gedaan en vaak hangen de verpleegkundigen een beetje achter de balie te wachten op orders van de dokters. Ik kreeg dus de indruk dat het hartstikke rustig was, maar op zich is er genoeg te doen. Ze maken zich hier gewoon niet druk. De houding van de verpleegkundige hier is echt heel anders dan in Nederland. In Nederland zou je zeggen, kom op schiet op, loop eens door! Maar hier doen ze het vooral rustig aan. Ik heb ook nog geen een verpleegkundige zien rennen of haasten omdat een patiënt in kritieke toestand lag, terwijl die er toch zijn!!! ’s Middags ging ik samen met twee eerstejaars verpleegkundestudenten naar de isolatiekamers om daar medicijnen te geven. Officieel moeten medicijnen om 8 uur gegeven worden, maar als het 10 uur is, maakt het ook niet uit. En ook als een medicijn aan een verkeerde patiënt gegeven wordt is het niet zo’n ramp als in Nederland. Ik had namelijk een antibiotica opgelost en was al bezig met het inspuiten bij de patiënt op de isolatiekamer, toen Arita (de eerstejaarsstudent) ineens ‘STOP’ zei, want het was de verkeerde patiënt. Fijn ik had het medicijn al voor de helft ingespoten… ‘Maar dat maakte niet uit, het was antibiotica en kon geen kwaad..’ Dus toen zijn we op zoek naar de goede patiënt, weer het medicijn opgelost en toen wel aan de goede patiënt gegeven. Wat er overigens hier onder isolatie verstaan wordt, is ook heel anders dan in Nederland. In Nederland trek je een schort, handschoenen, mutsje, handschoenen en mondkapje aan voor je naar de patiënt gaat als die in isolatie ligt, maar hier lopen de verpleegkundige gewoon zo naar binnen en raken ze ook gewoon aan.. Het enige wat er dus geïsoleerd wordt, zijn de patiënten van elkaar. Alhoewel er soms alsnog 6 patiënten op een kamer kunnen liggen, maar die hebben dan wel (als het goed is) dezelfde ziekte. Zoals mazelen of TB.
Onze diensten zijn van 7:00 tot 16:00 en hebben van 11:00 tot 13:00 pauze waarin we gewoon terug gaan naar het guesthouse en daar even kunnen relaxen en eten.
Vandaag (dinsdag) hebben we onze tweede stagedag gehad. Ik heb vandaag ook een rondleiding gekregen van het hoofd van de medical ward. Cathie. Gisteren had ze geen tijd vertelde ze me, dus vandaag dan maar. Ze heeft me de female ward, de male ward, de isolation ward en de TB ward laten zien. Ook hebben we voor de mannen en de vrouwen twee emergency bedden. Dus in totaal vier. Er zouden ook vier zuurstofmachines moeten zijn, maar helaas zijn er maar 3. Ze zijn aan het sparen voor een vierde. ’s Middags hebben we wonder boven wonder de vital functions van de patiënten gecheckt. Dus de bloeddruk, de pols, de ademhaling en de temperatuur. De medische dossiers werden meegenomen op een karretje en die worden op de bedden gelegd. Op een A4tje in het dossier schrijf je de datum, de tijd en vs. Wat voor vital signs staat. Vervolgens meet je die en schrijf je de gevonden waarden daar op. Als het dossier van de patiënt niet aanwezig is worden er ook geen controles gedaan, want je kunt het toch nergens opschrijven… Ik heb het vanmiddag voor mijn gevoel best druk gehad. Heb dus de controles gedaan en medicijnen gegeven. Ook moest iemand nog een venflon krijgen. Arita vroeg aan mij of ik dat al wou doen, maar ik zie dat toch nog niet zitten. Ik moet nog wat moed verzamelen. Ze zijn hier erg verbaasd dat wij het nog nooit hebben gedaan en zeggen dat wij het hier dan wel zullen leren. Dat geloof ik ook wel, maar toch nog iets meer moed bij elkaar schrapen. Alhoewel ik moet zeggen, dat de patiënten echt geen kick geven als ze geprikt worden. En ze worden best vaak geprikt, want vaak moet er wel 3 of soms zelsf 4 keer geprikt worden voor de venflon goed zit. Al met al ben ik nog wel redelijk bezig geweest en ben echt moe nu. Wendy heeft het echter een heel stuk rustiger op haar afdeling volgens mij, maar dat zal ze zelf vertellen.
Wendy:
Jaja, mijn eerste dagen op de surgical ward zitten er op. Nou dit is echt wel ff anders dan in Nederland. Toen ik op de afdeling kwam, kreeg ik van een verpleegkundige eerst een korte rondleiding over de afdeling. Daarna samen met haar medicijnen gedeeld. Hier gaat dat als volgt. Je pakt van elke patiënt het medicatie papier, dit zijn gewoon losse a4tjes. Deze gaan bij elkaar op een hoop, en dan loop je de patiënten langs. Elke patiënt heeft zelf de medicijnen bij het bed liggen. Patiënt houd zijn hand op, en je legt de tabletjes erin. Patiënt pakt een kom (kopje kan ik het echt niet noemen) doet daar water in en neemt de tabletjes in. Wanneer een patiënt geen kom heeft, neem je die van je buurvrouw, dat maakt hier helemaal niks uit. Terwijl ik halverwege was met medicijnen uitdelen, werd dat plotseling overgenomen door iemand anders, en mocht ik met haar meelopen. Tja, de logica ontgaat me hier nogal eens. Doordat de verpleegkundige onderling allemaal chichewa spreken, is het ook lastig om hun logica te volgen. Verder zal een verpleegkundige hier niet snel een helpende hand bieden. De patiënt moet alles zelf of met behulp van de familie doen. Ook heb ik iemand naar de röntgen gebracht. Dit betekend, patiënt gaat in een rolstoel zitten (dit gaat niet zo gemakkelijk als ik het beschrijf) en je loopt naar de röntgen. Nu is de röntgen afdeling best een stukje lopen bij mijn afdeling vandaan. Eerst door een lange gang omhoog lopen en dan nog een stukje door de openlucht. Het ziekenhuis bestaat uit allemaal losse gebouwen, hierdoor ben ik best vaak buiten als ik ergens naar toe moet. Wat ik me hier wel bij afvraag is wat ze doen als het keihard regent, dat hoop ik nog te gaan beleven. Na mijn lunchpauze niet veel gedaan. Eigenlijk bijna alleen maar zitten en wachten. Dinsdag middag had ik zelfs een collega die in de zusterpost een uur ging slapen, terwijl wij aan het werk waren!!! Dat is echt bizar.
Gisteren na onze eerste dag waren we er even helemaal doorheen. Gelukkig ging het ’s middags wel beter omdat we toen wisten wat we konden verwachten en we ons daar een beetje op ingesteld hadden. We hebben allebei even gebeld met het thuisfront en dat was heerlijk! Even die bekende stemmen weer horen en nog weer even je verhaal kunnen doen. En vandaag ging ook weer beter dan gister. We beginnen dus al te wennen ;)
Na onze tweede werkdag (dinsdag dus) er op zat zijn we naar het guesthouse gegaan, hebben onze uniformen verwisseld voor wat luchtigere kleding en zijn we naar de markt gelopen. We moesten nog eten voor vanavond kopen. Wat er vooral veel te koop is zijn tomaten, mango’s, bananen, aardappelen, een soort wortels, en uien. Wij wilden ook eieren kopen, maar die kosten 25 kwacha per ei. Bij het eerste kraampje wilden ze niet zakken in de prijs (het afdingen is hier een sport) dus zeiden we dat we verder liepen. Jan en Trudi hadden ons namelijk verteld dat je minstens de helft te veel betaalt, dus als je op ongeveer 10 kwacha boven de helft van wat ze aanbieden uitkomt met afdingen zit je ongeveer goed. Zo ver is het ons niet gelukt, maar inderdaad we hebben 4 eieren gekocht voor 90 kwacha in plaats van 100. Ach we moeten het afdingen nog leren zullen we maar zeggen. Uiteindelijk hebben we 5 tomaten, 5 uien, een brood, een halve kilo suiker, 4 mango’s, 12 banaantjes (ze zijn hier de helft zo klein als in Nederland) en 4 eieren gekocht voor in totaal 640 kwacha. Dat is iets meer dan €3,= Nou zie dat in Nederland maar ergens te krijgen!! :) Dus we zijn nog best tevreden over onszelf, al zullen we nog wel grof afgezet zijn, zo doe je in Nederland nergens boodschappen. Daarna zijn we weer terug gelopen naar het guesthouse en zitten we nu weer driftig op onze laptops te typen. We hopen morgen weer even op het internet te kunnen en donderdag naar Lilongwe te gaan. We hopen dan mee te rijden met Barbara, dat is een Amerikaanse arts en Debbie. Zij is een Amerikaanse verpleegkundige uit Pensylvania. Debbie zou het vragen aan Barbara of we mee kunnen en anders gaan we woensdag en hopen dan met Jan mee te kunnen rijden.
En hagendissen hebben ze hier ook! Grote en kleine. En als het goed is komen ze met het regenseizoen naar binnen, maar vanavond (dinsdagavond) bedacht er zich eentje dat het nu misschien al wel lekker was om naar binnen te komen. We zaten heerlijk op onze kamer op onze laptops toen Wendy ineens zei dat ze een hagedis achter de spiegel tegen de muur zag kruipen. En ja hoor een paar seconde later stak hij zijn kopje boven de spiegel uit. Mirjam pakte snel haar fototoestel om onze eerste hagedis op de foto te krijgen en ondertussen kroop het beestje steeds hoger tegen de muur op. Wendy zat het met angst en beven te bekijken. Net toen Mirjam d’r fototoestel had opgeruimd slaakte Wendy een hele harde gil en graaide verwoed haar klamboe omhoog om er vervolgens al gillend onder te springen. “Hij is van de muur op het kastje tussen onze toilettassen gevallen!!”, schreeuwde ze bijna! Eerst lagen we helemaal dubbel, maar ja zo zouden we niet rustig slapen in de wetenschap dat dit beestje zich op onze kamer bevond en dus ook tegen muren (en misschien ook wel bedden) op kon kruipen. Dus besloten we maar dat het arme beestje doodgemaakt moest worden, want op ons verzoek naar buiten lopen zou het niet doen. Dus is Mirjam naar de keuken gelopen en heeft een bezem en een blik (van een stoffer en blik) gepakt. Toen Mirjam terug kwam op onze kamer wist Wendy vanonder haar klamboe te rapporteren dat het inmiddels op Mirjam d`r (gelukkig gesloten) toilettas zat. En ja hoor daar zat het!! Toen pakte Mirjam met een hartslag van wel 200 met de moed der wanhoop het blik stevig vast en gaf het beestje een harde mep. Maar het gaf zich niet maar zo gewonnen! Het spartelde nog behoorlijk. Dus nog een paar klappen met de vliegenmepper dan maar. Zelfs zo hard, dat de vliegenmepper stuk is! Toen vloog z’n staartje er af dat hart op en neer sprong op onze toilettafel. We gilden af en toe zo hard dat het een wonder is dat niet alle drie de bewakers op onze kamers kwamen kijken! Net toen Mirjam dacht dat het nu echt dood moest zijn en ze em op het blik wou schuiven sprong het nog een keer omhoog recht op haar af!! Met een gil sprong ze achteruit en het beestje belande op de grond. Wendy hàd het ondertussen niet meer onder haar klamboe.. Toen heeft Mirjam snel een schoen uit de la gegraaid en het beestje er nog maar eens een paar flinke meppen mee gegeven en toen lag het eindelijk levenloos op de vloer. Met de bezem heeft Mirjam z’n staartje en het lichaampje naar de gang geveegd en op de gang op het blik geschoven en naar buiten gegooid. Toen ze weer terug kwam op de kamer zat Wendy nog te trillen als een rietje onder haar klamboe en ook Mirjam haar hartslag was nog ver boven de 100. En dat te bedenken dat er tijdens het regenseizoen ook slangen en grote, giftige spinnen naar binnen kunnen komen! Jakkes, daar moeten we nog maar even niet aan denken! Ondanks ons hoge adrenalinegehalte hebben we gelukkig wel goed geslapen.
Dit was het weer voor nu. Tot het volgende berichtje!
Liefs, Wendy en Mirjam
Hier weer een berichtje uit Nkhoma van ons. Allereerst bedankt voor alle reacties. Het is erg fijn om te weten dat er zo veel mensen meeleven met ons en aan ons denken. Het is erg leuk om die reacties te lezen.
Bente: Er zouden hier wel aapjes moeten zijn, maar we hebben ze nog niet gezien.
Wij willen ons adres wel geven, maar het is niet zeker of de post übberhaupt wel aankomt. Maar hier het adres: P.O. Box 48 Nkhoma
Zaterdag hebben we dus gelijk op het internet gekund in het kantoortje van Jan, want het internetcafé was gesloten. En het internet werkte!! Het is allicht langzamer dan in Nederland, maar toch viel het ons nog mee hoe snel het ging. Ook zondag hebben we nog heerlijk rustig aan gedaan. We hadden besloten om niet naar de kerk te gaan, omdat we al zo ontzettend veel hadden gezien en naar de kerk gaan is hier toch ook een hele belevenis, dus om onszelf een beetje te sparen hebben we lekker uitgeslapen (tot half 9, langer lukt hier gewoon niet) en voor onszelf stille tijd gehouden ’s ochtends. Ook hebben we een rondje om het guesthouse gelopen en wat foto’s gemaakt, die we zullen proberen bij dit verslag bij te voegen. Zondagavond kwamen Floor (de Nederlandse medische student) en Anthony (de Australische medische student) thuis. We hebben Floor natuurlijk helemaal uitgehoord over van alles en nog wat en zij wist ons gelukkig ook te vertellen dat we maandag maar gewoon mee moesten komen naar de moringreport en dan Mrs. Ngwanda (de matron=hoofd van alle verpleegkundige) opzoeken. Die was dus niet moeilijk te vinden, want zij draagt als enigste een aquablauw pakje. Na de morningreport zijn we snel achter haar aangelopen en hebben haar aan de mouw getrokken en ons voorgesteld. Nou we waren ‘most welcome’. Toen heeft ze ons meegenomen naar haar kantoortje en moesten we onze namen op een papiertje schrijven, want dan zou zij een brief schrijven voor de Nursing Counsel in Lilongwe waar we ons in moeten schrijven om ons te registeren. Nu hoorden we vandaag (dinsdag) dat we ook een brief van school daarvoor nodig hebben en die hebben we nog niet, dus die moeten we eerst zien te krijgen, anders heeft het geen nut om daar naar toe te gaan zei ze. Toen we uitgelegd hadden op welke afdelingen we wilden werken kwam er een arts die ons naar de afdelingen brachten. Wendy ging naar de surgical ward en Mirjam naar de medical ward. De medical ward bestaat nog uit een female en een male ward en uiteindelijk koos Mirjam voor de female ward om te beginnen. Vanaf dat moment waren we dus gescheiden. Hieronder zullen we ieder apart even beschrijven hoe wij het de eerste twee dagen op de afdelingen ervaren hebben.
Mirjam:
Goed ik kwam dus op de female ward terecht. De arts had mij bij de balie afgezet en toen moest ik het zelf maar uitzoeken. Ik heb me toen maar voorgesteld aan een paar verpleegkundigen die bij de balie stonden en dat bleken eerstejaars verpleegkunde studenten van de school van het Nkhoma hospital te zijn. Ze zijn (ben ik nu achter) te herkennen aan hun verpleegsterskapjes met een geel streepje er op. De mannen dragen geen kapjes, maar hebben een geel stukje stof op de schouders gespeld van hun uniform. Elk jaar heeft een eigen kleur. Dus me aan hen voorgesteld en toen gingen ze de kamers op, waar de artsen al de rounds aan het doen waren. De female ward heeft 3 kamers met 8 bedden, maar als er nog een patiënt bij moet wordt het matras gewoon op de vloer neergelegd. Op de dossiers van de patiënten staan hun bednummers en namen en op het dossier van degene die op de vloer ligt staat dan ook geen nummer, maar: “floorbed” vermeld. Toen we de kamers op gingen, gingen we medicijnen delen. De patiënten houden hun eigen zakjes met medicijnen zelf bij zich en wij als verpleegkundigen nemen de medicijnkaart van ze mee. We kijken wat ze nodig hebben, vragen naar hun ‘mancoire’ (dat is Chichewa voor medicijnen) en halen de benodigde hoeveelheid er voor ze uit. Dat geven we aan ze en vervolgens nemen ze het zelf in met wat water. Daarna tekenen wij het af dat het gegeven is en geven het zakje met medicijnen weer aan ze terug. Alleen de IV medicatie hebben de patiënten niet zelf bij zich en die nemen we dus mee, lossen het ter plekke op bij de patiënten en spuiten het dan in de venflon in. De meeste patiënten hebben namelijk wel een venflon, maar geen infuus verder. Dit is denk ik, omdat de IV vloeistof schaars is en als de patiënten gewoon kunnen drinken of niet heel erg uitgedroogd zijn, krijgen ze dus alleen een naaldje. Verder hebben we niet veel gedaan. Controles worden weinig gedaan en vaak hangen de verpleegkundigen een beetje achter de balie te wachten op orders van de dokters. Ik kreeg dus de indruk dat het hartstikke rustig was, maar op zich is er genoeg te doen. Ze maken zich hier gewoon niet druk. De houding van de verpleegkundige hier is echt heel anders dan in Nederland. In Nederland zou je zeggen, kom op schiet op, loop eens door! Maar hier doen ze het vooral rustig aan. Ik heb ook nog geen een verpleegkundige zien rennen of haasten omdat een patiënt in kritieke toestand lag, terwijl die er toch zijn!!! ’s Middags ging ik samen met twee eerstejaars verpleegkundestudenten naar de isolatiekamers om daar medicijnen te geven. Officieel moeten medicijnen om 8 uur gegeven worden, maar als het 10 uur is, maakt het ook niet uit. En ook als een medicijn aan een verkeerde patiënt gegeven wordt is het niet zo’n ramp als in Nederland. Ik had namelijk een antibiotica opgelost en was al bezig met het inspuiten bij de patiënt op de isolatiekamer, toen Arita (de eerstejaarsstudent) ineens ‘STOP’ zei, want het was de verkeerde patiënt. Fijn ik had het medicijn al voor de helft ingespoten… ‘Maar dat maakte niet uit, het was antibiotica en kon geen kwaad..’ Dus toen zijn we op zoek naar de goede patiënt, weer het medicijn opgelost en toen wel aan de goede patiënt gegeven. Wat er overigens hier onder isolatie verstaan wordt, is ook heel anders dan in Nederland. In Nederland trek je een schort, handschoenen, mutsje, handschoenen en mondkapje aan voor je naar de patiënt gaat als die in isolatie ligt, maar hier lopen de verpleegkundige gewoon zo naar binnen en raken ze ook gewoon aan.. Het enige wat er dus geïsoleerd wordt, zijn de patiënten van elkaar. Alhoewel er soms alsnog 6 patiënten op een kamer kunnen liggen, maar die hebben dan wel (als het goed is) dezelfde ziekte. Zoals mazelen of TB.
Onze diensten zijn van 7:00 tot 16:00 en hebben van 11:00 tot 13:00 pauze waarin we gewoon terug gaan naar het guesthouse en daar even kunnen relaxen en eten.
Vandaag (dinsdag) hebben we onze tweede stagedag gehad. Ik heb vandaag ook een rondleiding gekregen van het hoofd van de medical ward. Cathie. Gisteren had ze geen tijd vertelde ze me, dus vandaag dan maar. Ze heeft me de female ward, de male ward, de isolation ward en de TB ward laten zien. Ook hebben we voor de mannen en de vrouwen twee emergency bedden. Dus in totaal vier. Er zouden ook vier zuurstofmachines moeten zijn, maar helaas zijn er maar 3. Ze zijn aan het sparen voor een vierde. ’s Middags hebben we wonder boven wonder de vital functions van de patiënten gecheckt. Dus de bloeddruk, de pols, de ademhaling en de temperatuur. De medische dossiers werden meegenomen op een karretje en die worden op de bedden gelegd. Op een A4tje in het dossier schrijf je de datum, de tijd en vs. Wat voor vital signs staat. Vervolgens meet je die en schrijf je de gevonden waarden daar op. Als het dossier van de patiënt niet aanwezig is worden er ook geen controles gedaan, want je kunt het toch nergens opschrijven… Ik heb het vanmiddag voor mijn gevoel best druk gehad. Heb dus de controles gedaan en medicijnen gegeven. Ook moest iemand nog een venflon krijgen. Arita vroeg aan mij of ik dat al wou doen, maar ik zie dat toch nog niet zitten. Ik moet nog wat moed verzamelen. Ze zijn hier erg verbaasd dat wij het nog nooit hebben gedaan en zeggen dat wij het hier dan wel zullen leren. Dat geloof ik ook wel, maar toch nog iets meer moed bij elkaar schrapen. Alhoewel ik moet zeggen, dat de patiënten echt geen kick geven als ze geprikt worden. En ze worden best vaak geprikt, want vaak moet er wel 3 of soms zelsf 4 keer geprikt worden voor de venflon goed zit. Al met al ben ik nog wel redelijk bezig geweest en ben echt moe nu. Wendy heeft het echter een heel stuk rustiger op haar afdeling volgens mij, maar dat zal ze zelf vertellen.
Wendy:
Jaja, mijn eerste dagen op de surgical ward zitten er op. Nou dit is echt wel ff anders dan in Nederland. Toen ik op de afdeling kwam, kreeg ik van een verpleegkundige eerst een korte rondleiding over de afdeling. Daarna samen met haar medicijnen gedeeld. Hier gaat dat als volgt. Je pakt van elke patiënt het medicatie papier, dit zijn gewoon losse a4tjes. Deze gaan bij elkaar op een hoop, en dan loop je de patiënten langs. Elke patiënt heeft zelf de medicijnen bij het bed liggen. Patiënt houd zijn hand op, en je legt de tabletjes erin. Patiënt pakt een kom (kopje kan ik het echt niet noemen) doet daar water in en neemt de tabletjes in. Wanneer een patiënt geen kom heeft, neem je die van je buurvrouw, dat maakt hier helemaal niks uit. Terwijl ik halverwege was met medicijnen uitdelen, werd dat plotseling overgenomen door iemand anders, en mocht ik met haar meelopen. Tja, de logica ontgaat me hier nogal eens. Doordat de verpleegkundige onderling allemaal chichewa spreken, is het ook lastig om hun logica te volgen. Verder zal een verpleegkundige hier niet snel een helpende hand bieden. De patiënt moet alles zelf of met behulp van de familie doen. Ook heb ik iemand naar de röntgen gebracht. Dit betekend, patiënt gaat in een rolstoel zitten (dit gaat niet zo gemakkelijk als ik het beschrijf) en je loopt naar de röntgen. Nu is de röntgen afdeling best een stukje lopen bij mijn afdeling vandaan. Eerst door een lange gang omhoog lopen en dan nog een stukje door de openlucht. Het ziekenhuis bestaat uit allemaal losse gebouwen, hierdoor ben ik best vaak buiten als ik ergens naar toe moet. Wat ik me hier wel bij afvraag is wat ze doen als het keihard regent, dat hoop ik nog te gaan beleven. Na mijn lunchpauze niet veel gedaan. Eigenlijk bijna alleen maar zitten en wachten. Dinsdag middag had ik zelfs een collega die in de zusterpost een uur ging slapen, terwijl wij aan het werk waren!!! Dat is echt bizar.
Gisteren na onze eerste dag waren we er even helemaal doorheen. Gelukkig ging het ’s middags wel beter omdat we toen wisten wat we konden verwachten en we ons daar een beetje op ingesteld hadden. We hebben allebei even gebeld met het thuisfront en dat was heerlijk! Even die bekende stemmen weer horen en nog weer even je verhaal kunnen doen. En vandaag ging ook weer beter dan gister. We beginnen dus al te wennen ;)
Na onze tweede werkdag (dinsdag dus) er op zat zijn we naar het guesthouse gegaan, hebben onze uniformen verwisseld voor wat luchtigere kleding en zijn we naar de markt gelopen. We moesten nog eten voor vanavond kopen. Wat er vooral veel te koop is zijn tomaten, mango’s, bananen, aardappelen, een soort wortels, en uien. Wij wilden ook eieren kopen, maar die kosten 25 kwacha per ei. Bij het eerste kraampje wilden ze niet zakken in de prijs (het afdingen is hier een sport) dus zeiden we dat we verder liepen. Jan en Trudi hadden ons namelijk verteld dat je minstens de helft te veel betaalt, dus als je op ongeveer 10 kwacha boven de helft van wat ze aanbieden uitkomt met afdingen zit je ongeveer goed. Zo ver is het ons niet gelukt, maar inderdaad we hebben 4 eieren gekocht voor 90 kwacha in plaats van 100. Ach we moeten het afdingen nog leren zullen we maar zeggen. Uiteindelijk hebben we 5 tomaten, 5 uien, een brood, een halve kilo suiker, 4 mango’s, 12 banaantjes (ze zijn hier de helft zo klein als in Nederland) en 4 eieren gekocht voor in totaal 640 kwacha. Dat is iets meer dan €3,= Nou zie dat in Nederland maar ergens te krijgen!! :) Dus we zijn nog best tevreden over onszelf, al zullen we nog wel grof afgezet zijn, zo doe je in Nederland nergens boodschappen. Daarna zijn we weer terug gelopen naar het guesthouse en zitten we nu weer driftig op onze laptops te typen. We hopen morgen weer even op het internet te kunnen en donderdag naar Lilongwe te gaan. We hopen dan mee te rijden met Barbara, dat is een Amerikaanse arts en Debbie. Zij is een Amerikaanse verpleegkundige uit Pensylvania. Debbie zou het vragen aan Barbara of we mee kunnen en anders gaan we woensdag en hopen dan met Jan mee te kunnen rijden.
En hagendissen hebben ze hier ook! Grote en kleine. En als het goed is komen ze met het regenseizoen naar binnen, maar vanavond (dinsdagavond) bedacht er zich eentje dat het nu misschien al wel lekker was om naar binnen te komen. We zaten heerlijk op onze kamer op onze laptops toen Wendy ineens zei dat ze een hagedis achter de spiegel tegen de muur zag kruipen. En ja hoor een paar seconde later stak hij zijn kopje boven de spiegel uit. Mirjam pakte snel haar fototoestel om onze eerste hagedis op de foto te krijgen en ondertussen kroop het beestje steeds hoger tegen de muur op. Wendy zat het met angst en beven te bekijken. Net toen Mirjam d’r fototoestel had opgeruimd slaakte Wendy een hele harde gil en graaide verwoed haar klamboe omhoog om er vervolgens al gillend onder te springen. “Hij is van de muur op het kastje tussen onze toilettassen gevallen!!”, schreeuwde ze bijna! Eerst lagen we helemaal dubbel, maar ja zo zouden we niet rustig slapen in de wetenschap dat dit beestje zich op onze kamer bevond en dus ook tegen muren (en misschien ook wel bedden) op kon kruipen. Dus besloten we maar dat het arme beestje doodgemaakt moest worden, want op ons verzoek naar buiten lopen zou het niet doen. Dus is Mirjam naar de keuken gelopen en heeft een bezem en een blik (van een stoffer en blik) gepakt. Toen Mirjam terug kwam op onze kamer wist Wendy vanonder haar klamboe te rapporteren dat het inmiddels op Mirjam d`r (gelukkig gesloten) toilettas zat. En ja hoor daar zat het!! Toen pakte Mirjam met een hartslag van wel 200 met de moed der wanhoop het blik stevig vast en gaf het beestje een harde mep. Maar het gaf zich niet maar zo gewonnen! Het spartelde nog behoorlijk. Dus nog een paar klappen met de vliegenmepper dan maar. Zelfs zo hard, dat de vliegenmepper stuk is! Toen vloog z’n staartje er af dat hart op en neer sprong op onze toilettafel. We gilden af en toe zo hard dat het een wonder is dat niet alle drie de bewakers op onze kamers kwamen kijken! Net toen Mirjam dacht dat het nu echt dood moest zijn en ze em op het blik wou schuiven sprong het nog een keer omhoog recht op haar af!! Met een gil sprong ze achteruit en het beestje belande op de grond. Wendy hàd het ondertussen niet meer onder haar klamboe.. Toen heeft Mirjam snel een schoen uit de la gegraaid en het beestje er nog maar eens een paar flinke meppen mee gegeven en toen lag het eindelijk levenloos op de vloer. Met de bezem heeft Mirjam z’n staartje en het lichaampje naar de gang geveegd en op de gang op het blik geschoven en naar buiten gegooid. Toen ze weer terug kwam op de kamer zat Wendy nog te trillen als een rietje onder haar klamboe en ook Mirjam haar hartslag was nog ver boven de 100. En dat te bedenken dat er tijdens het regenseizoen ook slangen en grote, giftige spinnen naar binnen kunnen komen! Jakkes, daar moeten we nog maar even niet aan denken! Ondanks ons hoge adrenalinegehalte hebben we gelukkig wel goed geslapen.
Dit was het weer voor nu. Tot het volgende berichtje!
Liefs, Wendy en Mirjam
-
20 Oktober 2010 - 15:40
Marinus:
He Mirjam en Wendy,
Heerlijk om jullie verhalen te lezen! Heel veel sterkte verder en geniet er verder van. Weet school nu al dat ze die brief nog moeten mailen?
Groeten en knuffel
Marinus -
20 Oktober 2010 - 17:15
Opa En Oma Kelder:
Hoi meiden,
Wat een prachtig en lang verslag. Fijn dat het goed gaat met jullie. Wat is internet toch fijn je kunt heerlijk snel reageren. Kus en liefs. -
20 Oktober 2010 - 17:31
Arjen:
Ha dat gaat een leerzame tijd worden, maar of dat hier ook gaat werken :-). Zo slecht is de gezondheidszorg in Nederland dus nog niet.
Die beestjes daar geeft straks wel een hoop rust thuis, die spinnetjes hier doen je dan echt niets meer.
Jullie verhaal leest inderdaad lekker.
Groetjes -
20 Oktober 2010 - 18:24
Els:
Hey meiden,
Wat moet dit toch een geweldige ervaring zijn!
Heel anders als bij ons.
Zie nu al uit naar het volgende verslag.
Liefs van je 'ouwe' tante -
20 Oktober 2010 - 18:43
Wilbert:
heey mirjam en wendy
ik lees het wel jullie hebben daar grote schik en vooral gaan jullie nog heel veel leren.
succes en de groeten van ons allemaal.
xx wilbert -
20 Oktober 2010 - 21:10
Ada:
Hoi meiden,
Leuk verslag weer, dat zal even wennen zijn als je onze 'steriele' ziekenhuizen gewend bent. Wat betreft die hagedis (uit eigen ervaring), gewoon lekker laten lopen, ze doen echt niks. Ik ben bang dat je er anders nog velen zal moeten doden.
Ben benieuwd naar jullie volgende belevenissen.
Heel veel groetjes van ons.
-
20 Oktober 2010 - 22:04
Anja:
hoi meiden,
Net thuis van late dienst en genoten van jullie verslag.
Wel ff heeel wat anders als hier! Nou sterkte met alles! en ik denk dat jullie volgend jaar wel een boek uit kunnen geven over dit alles.
Liefs Anja -
21 Oktober 2010 - 15:28
Grietje:
Mirjam!!! Mijn reactie is kort...zie mailtJE! :D
D K&K -
21 Oktober 2010 - 16:36
Maartje:
Hallo Wendy en Miriam!! Ik moest heel erg lachen toen jullie met die hagedis aan het klungelen waren.. Ik zag het helemaal voor me en ma ook! Succes met stage lopen en ik denk dat ik ook maar es naar Afrika ga waar alles zo relaxt is. Wanneer er weer een bericht is zal ik weer wat schrijven. Doeg!! Liefs Maartje -
23 Oktober 2010 - 07:28
Anja:
Wat leuk de eerste foto's!
De hagedis wilde zeker niet op de foto?
Ik ben benieuwd hoe het er uit ziet in de regentijd....
liefs van ons
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley